Ik wil vrij zijn om te geven

Hij werd geboren in Ghana en is nu apotheker in de Groninger Oosterparkwijk. Hij telt en deelt zijn zegeningen, want liefde is het enige. Een gesprek met George Amofa, de man die het geluk vooroverbuigt.

Het kantoor achter de apotheek van George Amofa (47) hangt vol kaartjes. ‘Bedankt’, staat erop. En: ‘Ontzettend bedankt’. En: ‘Super bedankt voor de service en het medeleven’. Het lijdt geen twijfel: de Oosterparkwijk is blij met apotheek Oosterpark, gevestigd in het oude Groene Kruisgebouw op de hoek van de Gorechtkade. Ten eerste was er helemaal geen apotheek meer in de wijk. Ten tweede is apotheek Oosterpark meer dan een apotheek. En dat komt door George Amofa. De apotheker die over een bijzonder soort medicijn beschikt. Laten we het vitamine M noemen. Die M staat voor het mensdom.

„De mensen. Daarom ging ik indit vak”, zegt hij. „Ze komen hier niet alleen voor medicijnen, maar ook voor een praatje, soms hebben ze vragen over hun belastingen, daar help ik hen dan mee. En als ik medicijnen bezorg draai ik ook wel eens een peertje in een lamp als een ouder iemand daar niet meer bij kan.”

George Kwamé Amofa kwam in de jaren 90 naar Nederland. Een jonge man, gek op voetbal en drummen, met een droom: medicijnen studeren. „Ik had profvoetballer kunnen worden in Ghana, maar dat was niks voor mij. De trainers bepalen of je opgesteld wordt of niet, ik zag om me heen dat heel goede spelers op de bank zaten. Ik dacht: ik wil dat mensen me goed vinden zoals ik ben. En mijn vader zei: ‘Voetballen en drummen zijn hobby’s. Je moet een vak leren’.”

Vaders wil werd wet: hij leerde in één jaar de Nederlandse taal, haalde zijn vwo-diploma. Zijn decaan fronste de wenkbrauwen toen hij hoorde dat zijn pupil van zins was farmacie te studeren. „Hij zei tegen me: ‘Dat is een moeilijke studie, ik betwijfel of je dat aankunt.’ Maar ik vond en vind het heerlijk om te studeren. Ik zat van 9 uur ’s morgens tot 6 uur ’s avonds in de bibliotheek. Het was genieten. En kijk!” Hij spreidt zijn armen in een groot gebaar naar het kantoor dat uitkijkt op de apotheek, waar de Oosterparkers met hun mondkapjes op staan te wachten op hun medicatie. „Het is gelukt.”

Eigen vestiging

Vijf jaar geleden zette hij de apotheekdeur voor het eerst open. Amofa had toen veertien jaar lang gewerkt in de apotheek aan het Hanzeplein, tegenover het UMCG. Maar hij kwam vaak in de Oosterparkwijk als hij van zijn huis naar zijn werk fietste, zag dat de wijk een apotheek ontbeerde, ging in overleg met de huisartsen rondom en waagde in 2016 de stap naar een eigen vestiging. „Misschien had ik in loondienst meer kunnen verdienen, maar dat maakt me niets uit. Als iemand zegt: ik heb geen geld bij me voor de medicijnkosten, wil ik kunnen zeggen: neem maar mee. Ik wil vrij zijn om te geven.”

Hij pakt een geel blaadje, tekent twee stippen, verbonden door een kronkelende lijn. „Ik ben iemand”, zegt hij, „die kijkt naar het doel.” Wijzend naar de punten: „Ik denk eerst: ik ga dit doen. En dan: hoe ga ik dat doen? Als je naar je doel werkt en je niet laat tegenhouden door de problemen zullen er altijd mensen zijn die je een duwtje in de rug geven. En als je alleen maar denkt: ja maar… ja maar… gebeurt er niks. Het gaat om de beweging naar dat doel. In de actie kom je iemand tegen die helpt.” Hij kijkt op. „Jij zou hier toch ook niet zitten als je niet had geweten van de actie voor Ismael?”

George Amofa geeft zelf namelijk ook duwtjes in ruggen. Zo zamelt hij al jaren via Soccer2Soccer bij een aantal noordelijke clubs voetbalspullen in voor kinderen in Ghana. En was hij tot voor kort betrokken bij het project van lifescience docent Henk Goris, dat Afrika van betaalbare, lokaal verbouwde malariamedicijnen wilde voorzien.

Zijn nieuwste ruggensteun is bestemd voor Ismael. Hij toont een foto van een man wiens halve gezicht schuilgaat achter een gezwel: Ismael Tonto, schoenmaker te Kumasi, Ghana. Hij kreeg de – goedaardige – woekering van de huid als kind, maar met het klimmen der jaren werd deze groter en groter. Het goede nieuws: hij kan in april in Ghana geopereerd worden. Dat kost alleen wel wat: bijna 25.000 euro. Amofa is een crowdfundactie gestart om de operatie voor Ismael Tonto mogelijk te maken. „Ik ontmoette hem zestien jaar geleden, toen ik op bezoek was bij mijn ouders, tijdens een partijtje voetbal. „Ik dacht toen al: dit moet hem zo belemmeren, in zijn werk, in zijn sociale netwerk, in alles. Hij moet geholpen worden, dacht ik. Maar het bleef erbij.”

In november vorig jaar ging Amofa naar Ghana nadat zijn moeder was overleden. „Ik ging naar mijn kerk om te drummen met mijn oude gospelband. ‘We gaan een actie beginnen voor Ismael’, zeiden mijn bandleden, ‘we moeten echt iets doen’, het gezwel was veel groter geworden. En ik dacht: nu is het dus tijd. Mijn bandleden begonnen met het inzamelen van geld. Een van hen had contact met een Amerikaanse chirurg, dokter Kofi Boahene uit Ghana, tegenwoordig professor aan de John Hopkins universiteit, die in deze aandoening is gespecialiseerd. Hij heeft Ismael onderzocht, hij zegt dat hij het gezwel kan verwijderen en met plastische chirurgie zijn gezicht weer terug kan geven.”

Ismael Tonto was sprakeloos toen hij van de hulpactie hoorde. „Als hij blij is, kun je dat niet zien. Zijn geluk is achterwaarts gebogen. Maar zijn glimlach moet weer naar buiten.”

Basdrum

Drummen doet hij nog steeds, onder andere bij de Afrikaanse High-life band Hello Hello waarmee hij op grote festivals heeft gestaan, en zijn eigen percussieband Gibodi. „Ik hou van drummen. Als ik het geluid van trommels hoor, van een basdrum, ben ik helemaal ontspannen. Ik heb wel eens een wijkfeest georganiseerd in het Treslinghuis hier in het Oosterpark, met een Afrikaans buffet waarvoor ik samen met de vrouwen van de wijk had gekookt. En iedereen ging dansen. Prachtig.”

Hij voetbalt bij GVAV. Hoewel hij in 1993 al gescout werd voor FC Groningen, heeft hij er geen seconde spijt van dat hij geen prof is geworden. „Voetbal”, zegt hij, „bedient de mensheid niet.”

Of hij de 25.000 euro in april bijeen heeft? Of hij erin slaagt het weerbarstige geluk voorover te buigen? Hij is er optimistisch over. Want er zullen altijd mensen zijn die helpen. Hij vertrouwt op het goede in de mens. Waarom niet?

Liefde

Happy-go-lucky, lijkt hij. Maar dood en verlies kwamen ook op zijn pad. In 2006 overleed zijn vrouw Heidi. Zijn ouders leven niet meer, zijn moeder stierf in november vorig jaar, en daarmee de enige vrouw die hem Kwamé noemde, zijn tweede naam die betekent dat hij op zaterdag is geboren. Een maand later overleed zijn vriend Henk Goris aan corona. „Hij was als een vader voor me. Hij had deze crowdfundactie heel mooi gevonden. Hij zou je zijn laatste dubbeltje geven. We hebben samen Artemisia Annua geplant in proeftuinen op het Hogeland, bestemd voor de productie van malariamedicijnen. Dat ligt nu stil helaas.”

Hij kijkt naar een foto van Goris op de muur achter zijn bureau: een grijsbebaarde man tussen de zonnebloemen. „We pasten goed bij elkaar”, zegt hij. „Hij had in Senegal gewerkt en we deelden een visie.”

Zijn eigen leven, zegt hij, is niet van hem. „Liefde is het enige dat je meeneemt in je graf. Al het andere is waardeloos. Je mag blij zijn dat God je het geluk geeft om iets voor andere mensen te betekenen.”

Er wordt op zijn deur getikt. Of hij naar de apotheek wil komenom de bestellingen te controleren? Maar natuurlijk.

„Wat is er mooier dan een glimlach te brengen bij mensen die de diepte inzakken”, zegt hij, terwijl hij opstaat. „Geld is niet belangrijk. Als ik nu niet meer zou leven, wat zou ik dan achterlaten? Tijdens je uitvaart heeft niemand het over hoe rijk je was, maar over wie je was. Hoe je was.”

Hij opent de deur. Een tochtvlaag strijkt langs de kaartjes op zijn bureau. Bedankt. Bedankt. Superbedankt, voor het medeleven en de hulp. „Een mens is een mens”, zegt George Amofa. „Overal.”

Meer informatie over de crowdfundactie voor Ismael Tonto is te vinden op de facebookpagina van George Amofa en op Getfund.nl.

Oorspronkelijk gepubliceerd in het Dagblad van het Noorden van 6 maart 2021. Herpublicatie met toestemming.

Foto(s): George Amofa | Marjorie Noë.