Aan het eind van de tentoonstelling – of aan het begin, wanneer je van de andere kant komt – heeft Hilde Wolters een collage opgehangen die een goede indruk geeft van haar werk en van haar manier van werken. De collage toont een reeks kleine miniatuurtjes, ongelofelijk precies geschilderd, met onderwerpen die regelmatig in haar oeuvre opduiken: een innig tevreden spinnende poes, behaaglijk tegen een kleurrijk tapijt aangekropen. Een witte keeshond ineengerold in een mandje onder een wat haveloos blauw tafeltje. Een briesende Pegasus, het gevleugelde paard uit de Griekse mythologie. Een dikbuikig blauw flesje, met een sierlijke, dunne hals. Een verdord bruin blaadje aan een takje, waaraan ook enkele grauwe bolletjes kleven. Twee losse wijnfleskurken waarover een langpootmug loopt. Kleine kunstwerkjes, zo groot als een mensenhand, waarop je niet uitgekeken raakt.
Hilde (geboren in 1955) aquarelleert, dat wil zeggen: ze schildert met waterverf. Met deze techniek maakt ze het zichzelf niet gemakkelijk. Want waar aquarellen gewoonlijk gekenmerkt worden door grote, waterige kleurvlakken, met tinten die regelmatig in elkaar overvloeien, werkt Hilde juist heel gedetailleerd, met dunne, tamelijk droge verfstreken. Dit vereist een grote precisie. Het resultaat is er naar. Bij haar poezen zijn bij wijze van spreken de afzonderlijke snorharen te tellen. En in tegenstelling tot schilderijen in olieverf of acrylverf kunnen bij aquarellen fouten niet worden hersteld. Het moet in één keer goed zijn.
Hilde staat bekend als een dierenschilder. Inderdaad heeft ze in haar carrière vele honden, poezen, paarden, vlinders en vogels geschilderd – veelal in opdracht. Ook hierbij heeft ze het zichzelf niet gemakkelijk gemaakt. Dieren poseren niet. Dieren wachten niet af tot je klaar bent. Ze zijn bewegelijk. De schilder moet goed opletten en het juiste moment vastleggen. Maar ook zijn dieren heel eerlijk en natuurlijk, wat haar bijzonder aanspreekt. Overigens slaat ze in veel gevallen haar schetsen hoger aan dan de uiteindelijke aquarel.
Op de tentoonstelling hangen veel voorbeelden van de dieren die Hilde in de loop der jaren heeft vastgelegd. Maar door haar te karakteriseren als dierenschilder, zou je haar toch tekort doen. Ze heeft in haar carrière ook veel stillevens en landschappen geschilderd. En ook hiervan zijn op de tentoonstelling verschillende voorbeelden te zien. Zo hangt er een stilleven dat voor mij een waar hoogtepunt is in Hilde’s oeuvre (voor zover ik het ken). Een zwart potje waaruit een paar zwarte hanenveren steken – heel sober, zonder enige opsmuk, ogenschijnlijk eenvoudig. Een voorstelling tot zijn essentie teruggebracht. En andermaal heeft Hilde het zichzelf niet gemakkelijk gemaakt. Het is namelijk heel moeilijk om in zwarte verf nuance aan te brengen.
Hilde Wolters zoekt steeds de uitdaging, kiest niet de gemakkelijkste weg en herhaalt zichzelf nooit. Met minimale middelen weet ze een maximaal resultaat te bereiken.
Tot half februari is in wijkcentrum ‘bij Van Houten’ aan de Oliemuldersweg een tentoonstelling te zien met werk van drie kunstenaressen uit de wijk: Lilian Verschoor, Anouchka Beusekamp en Hilde Wolters. Van Hilde wordt niet het originele werk tentoongesteld, maar – heel goede – kopieën.