Victoria Rojas Milesi (geboren in 1965 in Valparaíso, Chili) is een kunstenaar die zich niet tot één genre beperkt. Daarvoor is te ongedurig, is haar belangstelling te breed en heeft ze te veel energie. Ze schildert, ze fotografeert en ze schrijft gedichten en korte verhalen. Daarnaast geeft ze Spaanse les. In het verleden heeft ze ook nog dansperformances gegeven. Het is onmogelijk in deze bijdrage in de wijkkrant recht te doen aan al haar artistieke talenten. We leggen nu de focus op haar fotografie. Deze keuze heeft een goede reden. Foto’s van Victoria maken onderdeel uit van ‘de Kunstroute’ – de groepstentoonstelling die momenteel in het wijkgebouw ‘bij Van Houten’ aan de Oliemuldersweg te zien is.
Ook binnen de fotografie laat Victoria zich kennen als een veelzijdig kunstenaar. Haar werk is heel gevarieerd. Tegenover de sobere en zelfs wat sombere zwartwit fotografie, staan kleurrijke foto’s van inheemse volkeren in haar geboorteland Chili. Weer heel anders is haar experimentele fotografie. Zo projecteert ze negatieven van analoge foto’s op de wand – en maakt daar dan weer een foto van. Ook speelt ze met kleuren. Ze geeft de beelden die ze geschoten heeft een andere kleur – daarmee transformeert ze het beeld tot een nieuwe werkelijkheid. De digitale technieken bieden haar vele mogelijkheden. Victoria is niet kerkelijk meer, maar de katholieke kerk die in Victoria’s geboorteland nog altijd heel prominent aanwezig is, met veel kleur, glitter en glamour, was nog lange tijd van invloed op haar werk, met name in haar vroege jaren. Tegenwoordig gebruikt ze meer gedempte kleuren. Daarmee zoekt ze de balans tussen de bonte kleuren van haar katholieke jeugd in Zuid-Amerika en de meer sobere tinten van ons land, haar nieuwe vaderland.
Motieven
Het centrale motief in het werk van Victoria is de natuur: planten, bomen, wolkenluchten, de zee – en ‘water’ in het algemeen. In het verlengde hiervan onderzoekt ze de wisselwerking tussen de mens en de natuur. Voor de tentoonstelling heeft ze twee mooie voorbeelden uitgekozen van het thema water: foto’s van een zwemmer in een zwembad, waarbij op de bodem behalve de schaduw van de zwemmende vrouw ook twinkelingen zien zijn van het licht in water. De foto’s doen mij denken aan het werk van David Hockney (geboren in 1937). Ook hij wordt gefascineerd door zwembaden en door het licht op de bodem van het bassin valt en daar patronen trekt. Maar Victoria kent het werk van deze popart kunstenaar niet – dus van beïnvloeding is geen sprake.
Een totaal andere foto, een zwartwit foto van een stadssilhouet met een enorme donkergrijze lucht erboven. Het beeld oogt wat onheilspellend – stilte voor de storm, wat staat ons te wachten? Een tweede zwartwit foto oogt als het pendant van de vorige. Een heel klein figuurtje bevindt zich op een groot, uitgestrekt en verder geheel verlaten strand. In de lucht valt een vlekje op – een verschijning uit een andere wereld? Het is een beklemmende foto – door de eenzaamheid, de verlatenheid, de dreiging die het uitstraalt. Ook dit werk roept associaties op met een klassiek werk uit de kunstgeschiedenis. Het doet denken aan ‘Der Mönch am Meer’- ‘De monnik aan de zee’ – van Caspar David Friedrich (1774-1840), een Duitse schilder uit de periode van de Romantiek, wiens werk vaak de nietigheid van de mens in de overweldigend grote natuur tot onderwerp heeft. Het gevoel dat dit bij de toeschouwer teweegbrengt, wordt, met een technische term, ‘het sublieme’ genoemd. Zowel de kleine monnik als het figuurtje van Victoria laat zien hoe klein en kwetsbaar de mens in wezen is. Weer heel anders van uitvoering en van sfeer zijn Victoria’s kleurrijke verbeeldingen van de seizoenen: ‘Lente in Blauw’ en ‘Herfst in geel’.
Icarus
In het tweede deel van de tentoonstelling toont Victoria abstract werk – kleurvlakken in blauw en paars, met onscherpe contouren, ongrijpbaar, onduidbaar. Ze lijken de toeschouwer een andere werkelijkheid in te trekken. Een van de werken is getiteld ‘Icarus’. Deze titel biedt een handvat. Icarus was een held uit de Griekse mythologie die met zijn vader Daedalus gevangen zat op het eiland Kreta. Dankzij de vleugels die Daedalus had gebouwd, stokken waaraan hij met was veren had bevestigd, wisten ze te ontsnappen. Gezamenlijk vlogen ze terug naar het Griekse vasteland. Maar Icarus dacht in zijn jeugdig enthousiasme dat hem niets kon overkomen. Hij sloeg de waarschuwingen van zijn vader in de wind, werd roekeloos en kwam op zijn vlucht te dicht bij de zon. De was begon te smelten, de vleugels vielen uit elkaar en hij stortte in zee en verdronk. Het is een typisch voorbeeld van hybris, een centraal thema in de Griekse mythologie: hybris staat voor de overmoed waarmee de mens steeds weer zijn hand overspeelt – en waarvoor hij uiteindelijk de tol betaalt. Ik dacht bij het lezen van de titel ‘Icarus’ dezelfde betekenis te ontdekken als op de zwartwit foto: de mens is nietig en kwetsbaar tegenover de machtige natuur. Mis! Helemaal verkeerd! Voor Victoria staat de foto – en de titel ‘Icarus’ – voor een bepaalde maatschappijkritiek. In de huidige maatschappij moet iedereen carrière maken, een huis kunnen kopen, om de paar jaar een nieuwe auto aanschaffen. De kinderen moeten studeren. ’s Winters gaan ze op wintersport en in de zomer op vakantie naar een ver, vreemd land. Wie hier niet aan voldoet, is een loser. Wie hier niet aan voldoet, gaat ten onder. Met dit statement brengt Victoria een extra accent aan in haar bijzonder veelzijdige oeuvre.