Foto’s: Frans Geubel
“Héél goed georganiseerd en superleuk”, zo besloot een moeder, die met haar dochtertje het driedaagse Lentefestival op 24, 25 en 26 maart twee keer bezocht, haar mini-interview op OOG TV. Niet alleen OOG, maar ook ‘Expeditie Grunnen’ van RTV Noord bracht een bezoek aan het JOP terrein, dat ook nu weer was omgetoverd in een soort dorpje, met rondom een plein een aantal kleine huisjes en een podium.
De geschiedenis moge bekend zijn. Oorspronkelijk een Winterfestival, schoof de derde editie door coronavertragingen door naar de lente van 2022. Dit bleek een schot in de roos! Mede door het extreem warme weer en de bevrijding van twee coronajaren explodeerde het festival toen bijkans van de drukte. Nu lagen de temperaturen wat lager en werd de start op de zaterdagmiddag wat vertraagd door enkele regenbuitjes, maar dat werd weer ruimschoots goedgemaakt op de knetter-drukke zondagmiddag. Het festival is een wonderlijke mix! Primair richt het zich op kinderen, bijvoorbeeld met de Hollandse spellen, zoals ringengooien, knikkerspel en minigolf. De pony’s van Pony-verhuur Stadspark met hun vriendelijke en geduldige begeleidster waren er op zaterdag en zondag ook weer bij. Het is altijd weer vertederend om te zien hoe graag kinderen de pony’s willen aanraken en aaien.
Uiteraard was ook de Limonadekabouter weer aanwezig en actief. Hoeveel liters ranja zouden er uit het slangetje hebben gestroomd? Ook de zweefmolen ontbrak dit jaar niet en draaide, goed begeleid, vrijwel continu. Zelfs wat grotere kinderen beleefden hiermee met opgetrokken benen veel plezier. Nieuw op het festival was de Kop van Jut, geschikt voor jong en oud. Voor de kinderen was er steeds een begeleider aanwezig, die hulp bood met de zware hamer.
Primair een kinderfestival schreef ik, maar het interessante was dat de muzikale omlijsting vaak zéér ouderwets was, uit de tijd van hun overgrootouders zelfs. Toch ‘klopte’ het perfect! Kindvriendelijke muziek dus…
McDixie Swing Company op de vrijdag bijvoorbeeld. Twee gekostumeerde mannen, Bob Kiewitt (trombone en zang) en Keesjan Hoogeboom, (trompet) die dixieland speelden, waarbij Bob ook zong in een klein microfoontje, dat verbonden was aan een megafoon, die aan zijn zij hing. Het geluid uit de megafoon paste wonderwel bij de muziek! Zij liepen rond op het terrein en bezochten alle plekjes, waar ze even een tijdje bleven spelen en zingen.
Accordeonist en zanger Hans de Cock deed het op de zondag weer helemaal anders. Hij had een draadloze verbinding met de speakers van het podium, zodat je hem overal goed kon horen. Hij zong en speelde veel klassieke chansons; zo hoorde ik onder andere ’Padam padam’ (1953) van Edith Piaf.
Helemaal zónder versterking trad zaterdag zangeres Lucie Dekker op verschillende plekjes op, begeleid op gitaar door Cees Bolhuis. Op zo’n festival met veel kinderen en veel rumoer bleek dit eigenlijk een onmogelijke opdracht, en dat was jammer. Ik hoop hen nog eens te kunnen beluisteren in een zaaltje met aandachtig luisterend publiek.
Ensemble de la Rosa liep niet rond; je werd naar het podium toegezogen. Zangeres Belkys Maria Montero de la Rosa, net als Lucie Dekker woonachtig in de Oosterparkwijk, maar oorspronkelijk uit de Dominicaanse Republiek, zong gepassioneerd en in het Spaans Zuid-Amerikaanse ballades, bolero’s, son cubano, bossa nova en andere swingende dansmuziek. Ze werd begeleid door Bruno Boucher op toetsen en Majo Lacevic op conga’s.
Uiteraard liepen er traditiegetrouw weer fraai gekostumeerde mannen en vrouwen rond; elke dag weer andere vrijwilligers. Net als vorig jaar vond deze kostumering navolging bij een aantal bezoekende kinderen! Deze spontane reacties gaven het festival een onverwachte diepgang.
Wat op een héél andere manier ook diepgang verleende, was de dame die je een kaartje liet trekken, waarop een handgeschreven boodschapje stond. Ik las op mijn kaartje: ‘Het leven is vol met wonderen en één daarvan ben jij!’ Mijn ene hersenhelft zei dat er wellicht veel kaartjes met deze zelfde tekst waren, maar mijn andere hersenhelft had daar lak aan en de boodschap ging regelrecht naar mijn hart, en ik werd warm en blij.
Ik ging eens in enkele huisjes gluren. Daar was een begeleidster, uiteraard ook in kostuum, die kinderen schminkte. De kinderen konden ook zelf in de weer met plakplaatjes met een lente-thema. In een ander huisje waren kinderen ‘vreemde vogels’ aan het knutselen. En in weer een ander huisje vertelde op vrijdag en zondag Karl Velthuis verhaaltjes; Pleun van Vliet deed dit op de zaterdag.
Entertainer Jos Tipker bleek vorig jaar een onweerstaanbaar succes met zijn originele vondsten, waarmee hij kinderen zelfs tot kleine artiestjes kon omtoveren! Hierdoor stond hij nu alle dagen geprogrammeerd. Ook nu weer was het verbazingwekkend hoe hij met simpele middelen, jongleren, bordjes draaien, ballon modelleren, mime, balans, minifiets, hoepelen, etc. héél veel kinderen naar zich toe trok.
Heel wat anders, en ook leuk voor volwassenen, was het duo Clinch, dat met replica’s van de kijkdozen die je vanaf de 18e eeuw zag op kermissen en marktpleinen, op verschillende plekken opdook. Kleine kinderen konden op een trapje gaan staan om door het lensje te turen. Hierbij kregen ze een zwarte doek over het hoofd gedrapeerd, om de beleving nog intenser en vervreemder te maken. Aangelokt door de wervende tekst ‘Blik in de verte’ zag ik in de verte iets wat ik eerst niet goed kon thuisbrengen; het kostte wat tijd om te beseffen dat ik naar een blikje keek!
Boris de Slak op vrijdag was ook fantastisch! Jongleur Marco Bonisimo, die zaterdag ook solo optrad, was een postbode, die de post bezorgde met een grote slak, die bereden werd door Laura Stam. De bezorging kostte wat meer tijd, maar de ansichtkaarten vonden steeds hun weg naar de ontvangers. Alle kinderen wilden de slak even aaien.
Zoals altijd was er lekker eten en drinken op het festival. De Limonadekabouter met gratis ranja noemde ik al, en bij de eterij steunde je goede doelen uit de wijk. Bij de Indonesische lekkernijen van Rosbina steunde je stichting Evata Indonesia, die kinderen en jongeren in Indonesië ondersteunen bij hun schoolopleiding. De beroemde gehaktballen van Bina kon je eten bij het huisje van Bina en Tonia. Met zo’n broodje bal steunde je stichting ‘Ik Trakteer’. Natuurlijk werden er weer veel, 233 vernam ik, pannenkoeken gebakken. En met een actie door en voor wijkbewoners ook honderden Belgische wafels, naar keuze met poedersuiker, kersen en slagroom. De opbrengst hiervan werd gedoneerd aan de gratis warme maaltijden in bij Van Houten. Een huisje waar je allerlei drankjes kon kopen ontbrak uiteraard ook niet.
Op vrijdag- en zaterdagavond was er weer de presentatie van bandjes, die muziekles volgen bij VRIJDAG. Op het festival konden ze podiumervaring opdoen. De organisatie was in handen van Harry van Lier. Op vrijdag speelden Clueless, Jazztree, Moondive en Vintage Lab. En op zaterdag Jazzone, Jazztoo en Spotless Mind. Dit betekende veel jazz, wat weer eens een ruim begrip bleek, grunge en pop, Spotless Mind speelde bijvoorbeeld enkele covers van The Beatles. Sowieso hoorde ik op beide avonden relatief veel covers.
Deze avonden trokken aanzienlijk minder publiek, want de kinderen en ouders ontbraken. De relatieve onbekendheid met de bandjes speelde hierbij natuurlijk ook een rol, hoewel de zaterdagavond met meer publiek bijzonder sfeervol werd. De houtvuurtjes die op beide avonden in oude olievaten brandden, versterkten de sfeer nog eens.
Het festival is een initiatief van de BO (Bewonersorganisatie Oosterpark). Déze editie had als thema: ‘Vreemde vogels’, en studenten van Noorderpoort, afd. Kunst, Media & Theater deden de ‘aankleding’ van het dorpje, met name met de vele artistiek vormgegeven vogelhuisjes.
Zo’n 50 vrijwilligers in verschillende functies zorgden ervoor dat zowel in de voorbereiding, opbouw/afbouw en tijdens het festival alles op rolletjes verliep. Het kernteam bestond uit Anna: coördinatie en vrijwilligers; Jaap: coördinatie en programmering; Henk Jan: logistiek en techniek; Karin: communicatie en Alie: algemene ondersteuning.
Het festival trok ruim 2000 bezoekers.
Tot slot nog even terug naar die OOG TV reportage, waarin ook twee jongens, vriendjes van elkaar en ongeveer 7 jaar oud worden geïnterviewd. Zegt het ene jongetje: “Ik vind het leuk dat ze dit organiseren voor ons.”