‘Ach jongen als ik ga vertellen
dan rinkelen opoe Japie d’r oorbellen
wat ik wel niet heb meegemaakt
en alle dagen heb aangeraakt
ja, jij denkt natuurlijk direct aan vrouwen
maar dan had ik niet moeten trouwen
nee, ik ga voor m’n Dina door het lint
‘k zou niet weten waar ‘k een betere vind
niemand maakt de stamppot zoals zij
zelfs geen Claudia de Breij
maar goed, op een dag knipte ik een agent
je weet wel zonder uniform een doodgewone vent
en ik haal er nog een kam door
zegt ie opeens ‘Waar is m’n kunstoor!’
E. FILIPPUS
