Een nieuwe varkenskop

Het is menigeen al opgevallen: de varkenskop aan de muur in de Slachthuisstraat, vlakbij de onderdoorgang naar de Hortensialaan, is verdwenen. De kop sierde ooit de gevel van een slachthal van het Openbaar Slachthuis, naar zeggen het grootste slachthuis van Nederland, dat hier van 1900 tot 1979 stond, en waar na de sloop in 1988 het wijkje Slachthuisstraat ontstond.

De kop was door de jaren heen heel vaak het doelwit van vandalisme en was uiteindelijk zó toegetakeld dat Nijestee het enkele maanden geleden verwijderd heeft. Voor de zekerheid wordt het voorlopig nog ergens opgeslagen. In samenspraak met Nijestee hebben buurvrouw Ellie Jelsema en multidisciplinair kunstenares Tamar Yogev een koperen plaquette vormgegeven, met een gravure van de originele varkenskop en een tekst die verhaalt van het verleden.

Deze plaquette is donderdag 12 januari op dezelfde plek als de kop geplaatst, zonder ceremonie. Zowel Nijestee als Tamar Yogev en Ellie Jelsema zijn tevreden over het resultaat.

Op de plaat kunt u onderstaande tekst lezen en een gravure van de varkenskop bekijken.

Deze gevelsteen hoorde oorspronkelijk bij het Openbaar Slachthuis dat hier van 1900 tot 1979 stond. Gevelstenen, ook wel huismerken genoemd, hadden in vroegere tijden vaak een dubbele functie. Ze fungeerden tegelijkertijd als een decoratieve adresaanduiding en als een vorm van reclame. Veel van dit soort gevelversieringen zijn inmiddels verloren gegaan.

Bij de sloop van het Slachthuis is de varkenskop verwijderd en herplaatst. Doordat de steen meerdere malen beschadigd was door vandalisme, is in 2020 geprobeerd het kunstwerk te restaureren. Aangezien de kunstenaar onbekend bleef, was het onmogelijk het beeld in ere te herstellen. In 2022 is in samenspraak met betrokken buren en Nijestee gekozen voor een koperen plaat met gravure van de originele varkenskop.

Nijestee had destijds restaurator Gert van Oortmerssen van Antefix (www.antefix.nl) benaderd met de vraag om te onderzoeken of de kop gerestaureerd kon worden.

Ik vroeg Gert naar zijn wederwaardigheden:

“Destijds heb ik uitgebreid archiefonderzoek gedaan en rondgevraagd naar foto’s van de varkenskop in betere conditie dan die we kennen. Er is ook nog een koeiekop geweest die in de andere halgevel heeft gezeten. Daarvan is de verblijfplaats onbekend. Ik kreeg enkele reacties, waaronder van jou (F.G.), maar die reacties brachten me niet op het punt dat ik voldoende verschillende aanzichten had om een verantwoorde reconstructie van de ontbrekende delen te maken. Dat de maker niet bekend was deed er eigenlijk niet toe. Mijn ethische werkcode schrijft voor dat ik een reconstructie alleen kan maken op basis van verantwoorde bronnen. Die had ik niet en daarom heb ik de opdracht teruggegeven. 

Daarnaast zou een eventueel wel uit te voeren restauratie onmiddellijk resulteren in nieuwe vernielingen (ja, helaas is dat mijn beeld van de hedendaagse maatschappij…, maar dit is gebaseerd op mijn ervaringen elders). Aan een eindeloze cyclus van herstel en vernielen wil ik ook niet meewerken. Mijn voorstel was om in ieder geval een eventueel gerestaureerde varkenskop te herplaatsen buiten het bereik van potentiële vernielers, op hoogte, zoals oorspronkelijk ook in de gevel van de slachthal.

Eigenlijk vond ik de kop total loss en zag ik meer in het via het CBK (nu Kunstpunt) uitschrijven van een kunstopdracht waarin de plek zou worden voorzien van een verdiept in de wand geplaatst lichtobject, uiteraard voorzien van kogelwerend glas. Achter dit glas een ‘hologram’-achtig kunstwerk dat zou bestaan uit een afbeelding van een varken en een afbeelding van een koe. Als je er langs zou fietsen (of lopen) dan zou – net als bij een 3d ansichtkaart – het beeld steeds wisselen van koe naar varken naar koe naar varken. Het licht uit het object zou de onaangename sfeer van dat stukje buurt een enorme positieve impuls geven. Ik zag voor mij hoe hufterproof licht/kunst in combinatie met vernieuwing van een gedenkteken tot een voor iedereen bevredigende oplossing zou kunnen leiden. Ook nog eens een verbetering van een unheimische plek.

Het verrast mij dat deze koperplaat met Picasso-achtige zwierzwaai de uitkomst is van ‘het proces’. Als dit het resultaat is van een samenwerking tussen Nijestee en buurtbewoners… mijn broek zakt af van de zielloosheid en het gebrek aan realiteitszin… Ik ben benieuwd wanneer de eerste deuk er in wordt geslagen of wanneer iemand met de metaalflex de boel eraf zaagt om te verpatsen aan de koperboer.

In de tekst op de plaat staat trouwens iets wat niet waar is 

(over het restauratiebeslissings-proces). Dat de kunstenaar niet is gevonden heeft meerdere redenen. Ten eerste heb ik er niet bewust naar gezocht, en ten tweede is het maar de vraag of de term kunstenaar in deze context van toepassing is. Het was een vakkundig gehakte kop, een kwalitatieve gevelversiering die eerder in een ambachtelijke traditie geplaatst moet worden, net als huismerken zoals genoemd op de koperplaat, of zoals vroeger een gaper bij een apotheek. Dan vraag je ook niet naar de naam van de maker als ‘kunstenaar’. Ik vraag me trouwens wel al of de vergelijking met huismerken opgaat als je kijkt naar de plek van koe en varken in de oorspronkelijke gevels in relatie tot de afstand naar de openbare weg (foto’s op beeldbank).”

Tot zover restaurator Gert van Oortmerssen, en helaas moet ik constateren dat bijgaande grote foto van de gravure, die ik maakte op 15 januari, nu al niet meer gemaakt kan worden, omdat vandalen er al deukjes in hebben gemaakt. Ook is men aan het wrikken geweest om de plaat los te krijgen. Wat is dat toch dat er mensen zijn die totaal geen respect hebben voor openbare kunst! En blijkbaar redenen hebben om het te vernielen. Het kan me werkelijk kwaad maken, en het is te hopen dat deze Wijkkrant géén collectors item wordt!