Jan leerde het boksen niet van zijn pa
maar van zijn allerliefste ma
die was dol op bloemen en planten
doch had een hekel aan lastige klanten
kwam er iemand in de buurt van haar
dan waren de rapen goed gaar
Jan stond iedere keer weer paf
en keek stiekem de kunst van haar af
daarnaast liep ie rondjes om de kerk
en was op een dag klaar voor het grote werk
in de Harmonie vielen de monden open
want z’n tegenstander zette het op een lopen
Jan sloeg niet hard maar doelgericht
en werd dan ook Neerlands beste middengewicht